‘Ik wil een leuk slipje aan’. Ze ligt bloot op bed. Ik pak een stapeltje slipjes uit de kast en laat ze zien. ‘Zeg het maar’. Het wordt de roze, randje kantje.
‘BH aan of uit’, vraag ik. Verbaasd kijkt ze me aan. ‘Aan natuurlijk! Wat denk jij? Is voor jou toch ook geen vraag?’ Ze heeft gelijk. Maar ik vraag het omdat heel veel vrouwen in het hospice de beklemming van een BH niet meer willen. Vanaf de eerste puberverdikking op je voorheen gladde bovenlijf is de BH net als de onderbroek een vast gegeven: zonder BH ga je niet de deur uit. Ben je nog niet jarenlang met je liefje dan zit je ook niet zonder BH op de bank toch? Later… na jaren en jaren… wordt dat anders. Wil je lekker lós, met vrije borsten, uit dat ding! Maar alleen in huiselijke kring..
Ik help haar in haar BH, ook roze met randje kantje. Daar overheen een zijden hemdje en een supervrouwelijk synthetisch truitje. In het nachtkastje zoekt ze bijpassende oorbellen. ‘Geef me mijn toilettas even aan, wil je’, vraagt ze. Aandachtig kamt ze haar dunne haar. Ze last een korte pauze in met de ogen dicht en de armen in haar schoot. In haar ene hand het spiegeltje, in haar andere de mascara. Na een paar minuten moed verzamelen gaat ze verder met haar programma, ze neemt de tijd. ‘Ik ben een mager skeletje geworden maar ik kan het op z’n minst een leuk skeletje maken toch?’ Aangekleed, in de dagcrème gewreven, tanden gestokerd en haren gekamd trekt ze de dekens over zich heen en valt in slaap. Een ‘schone slaapster’, ernstig ziek en hard op weg naar haar dood, maar met een indrukwekkende behoefte aan behoud van eigen-waardigheid. Een mooi verzorgd uiterlijk beschermt haar tegen het verlies daarvan. Daar is ze van overtuigd.
Naarmate haar ziekte vordert en alles meer moeite en kracht kost zet ze kleine stapjes in het reduceren van het ochtendprogramma en haar angst voor verlies van waardigheid. Niet meer douchen maar wassen met kommen water op de bedrand. Tanden poetsen ‘kan straks wel’ waarna het er niet meer van komt tot in de avond. Geen mascara erop, dan hoeft het er ook niet af. Geen synthetisch truitje maar een lekker zacht shirt. ‘Doe maar geen broek, dat zit niet zo lekker’. Voor de nacht een postoel naast het bed en niet meer naar de wc. ‘Wel graag steeds de po legen anders stinkt het hier zo’. Niet omkleden voor de nacht maar gewoon gaan slapen in het zachte shirt.
Dan komt de dag dat de ontlasting te dun is en het opstaan voor de postoel te lang duurt. Diepe schaamte overvalt haar, ze probeert zichzelf schoon te maken maar dat lukt niet. Terwijl ik haar help verbijt ze haar tranen. Ik heb aandacht voor haar schaamte maar schakel het gesprek ook door naar wie ze is los van die incontinentie. Ik probeer haar weer te laten denken en praten over wat haar naar haar gevoel van waardigheid terugbrengt. Via de lachende foto waarop ze een oorkonde showt en langs het schitterende boeket van haar collega’s ontspant haar gezicht. Als ik voor wil stellen om een ‘inco’, mooi woord voor luier, aan te doen is ze me net voor: ‘doe mij dan ook maar meteen zo’n enorm matras om want dit gebeurt vast nog wel een keer’. Als de plakrand vast zit voelt ze vol ongeloof aan de dikke prop tussen haar benen. ‘Sjonge hé… kijk mij nou!’ Dat doe ik en tot mijn grote verbazing zie ik haar lachen. ‘Dit is toch hilarisch! Ik ben weer terug bij AF!’ Opgelucht lachen we om haar constatering maar vooral om haar vermogen om boven haar schaamte uit te stijgen. Over waardigheid gesproken.
Haar magere bovenlichaam steekt koud en bloot af bij de ingepakte onderkant. Ik pak een warm schoon shirt uit de kast en bied het haar aan.
‘BH aan of uit?’ Verbaasd kijkt ze me aan.
‘Wat denk je nou zélf!?’
Ik weet het oprecht niet…
hettyomvlee@schrijfburokoprollen.nl 06-53968660
Samenwerking met: KORTDOCS, films van Rijk-willem Schmelter, www.kortdocs.nl
copyright | SCHRIJFBURO KOPROLLEN